Dan zal ik Israël stellig
afsnijden van de oppervlakte van de aardbodem die ik hun gegeven heb en het
Huis dat ik voor mijn naam geheiligd heb, zal ik van voor mijn aangezicht
wegwerpen.
En dit Huis zelf zal tot
puinhopen worden. Iedereen die er voorbijgaat, zal star zijn van ontzetting
en zal stellig fluiten en zeggen: Waarom heeft YHWH zo met dit land en dit
Huis gedaan?
De Eerste tempel trof
dit lot in 587 v.Chr. (4004/4003 minus 587/586 = 3417 AM) en de Tweede in 69/70
AD (4072 AM). Of wellicht in 70/71, overeenkomend met de GW van dit vers
(4073) ?
GW 12205
≈≈ Op 17:5 >> En op haar
voorhoofd een naam geschreven, een mysterie: Babylon
de Grote, de Moeder der hoeren en van de gruwelen der aarde.
Dit onthult dat Israël na de verwerping van haar ware
Masjiach Yeshua in de Eerste eeuw volkomen slachtoffer werd van het wereldrijk
Babel, het demonenhol van afgodische religie >>
In de Eindtijd zal de volgende roep uitgaan; met name
bestemd voor het Joodse Overblijfsel:
Ze viel, Babylon
de Grote viel, en zij werd een woonplaats van demonen en een hol van elke
onreine geest en een hol van elke onreine en verafschuwde vogel, omdat vanwege
de toornwijn van haar hoererij alle Heidenvolken zijn gevallen, en de koningen
der aarde bedreven ontucht met haar, en de kooplieden der aarde werden rijk uit
de kracht van haar lichtzinnige daden. En ik hoorde een andere stem uit de
hemel, zeggend: Komt uit, mijn volk, uit haar; opdat jullie niet mede
deelhebben aan haar zonden en uit haar plagen niet ontvangen.