Schriftstudies.tk
Amos 8

Amos 8 en 9

 

Attentie: In deze studie wordt vooral volgens het gematriabeginsel geredeneerd.

 

Am 8:1

Dit liet de Heer YHWH mij zien, en zie! Een mand met zomerfruit.  

706

Am 8:2

Toen zei hij: Wat ziet gij, Amos? En ik antwoordde: Een mand met zomerfruit. Toen sprak YHWH tot mij: Het einde is gekomen voor mijn volk Israël. Ik zal hen voortaan niet meer verschonen.

3391

Am 8:3

De tempelliederen zullen overgaan in gejammer. Op die dag, luidt het woord van de Heer YHWH, zullen de lijken talrijk zijn. Op elke plaats zal men [ze] neerwerpen — Stil!

2493

 

Er lijkt sprake te zijn van een Eindtijdprofetie, met name voor de ondergang van het ontrouwe deel van het volk Israël dat in de 70ste Jaarweek zal opteren voor de valse Antimashiach. Vers 3 herinnert aan de profetie in Jesaja, 66:1-5, waarin – evenals in Ezechiël 8, het debacle van de Derde tempel wordt voorzegd.

 

GW 6590 ≈≈

Jz 17:4 >> Zij [de dochters van Zelafead] dan verschenen voor Eleazar, de priester, en Jozua, de zoon van Nun, en de oversten en zeiden: YHWH heeft Mozes geboden ons een erfdeel te geven te midden van onze broeders. Bijgevolg gaf hij hun overeenkomstig het bevel van YHWH een erfdeel te midden van de broeders van hun vader.

 

De dochters van Zelafead zouden in deze setting een afbeelding kunnen zijn van de getrouwe houding van het Joodse Eindtijdoverblijfsel. Een uitzonderlinge, maar gunstige ontwikkeling binnen Israëls gelederen.

Ook de twee identieke vv uit het Hooglied zouden daarop kunnen duiden >>

Hl 2:7 en Hl 3:5 >> Ik heb jullie onder een eed gesteld, dochters van Jeruzalem, bij de vrouwtjesgazellen of bij de hinden van het veld, dat jullie niet proberen liefde op te wekken of wakker te roepen totdat ze zich geneigd voelt.

 

Alsook de eveneens identieke vv Mt 7:8 en Lk 11:10. Elohims belofte voor die getrouwen luidt >> Want al wie vraagt, ontvangt. En al wie zoekt, vindt. En al wie klopt, hem zal opengedaan worden.

 

Am 8:4

Hoort dit, jullie die begerig naar de arme grijpen, ja, om de zachtmoedigen in het land te laten verdwijnen,  

2503

Am 8:5

door te zeggen: Hoe lang zal het [duren] voordat de nieuwe maan voorbij is en wij graan kunnen verkopen? En de sabbat, dat wij koren te koop kunnen aanbieden; om de efa klein te maken, de sikkel te verzwaren en de weegschaal te vervalsen;

5582

Am 8:6

om geringen voor niets dan zilver te kopen en een arme voor een paar sandalen, en opdat wij louter afval van koren kunnen verkopen?

2307

 

De kwalijke, meedogenloze, door-en-door materialistische instelling die hier door de profeet wordt geschetst met betrekking tot het merendeel dat zich Israël noemt, keert ook opvallend terug in de laatste (de zevende) boodschap aan de gemeente te Laodicea; in werkelijkheid gericht tot de Joodse Eindtijdgemeenschap:

 

Ik [de hemelse Yeshua, hun ware Mashiach] ben bekend met je werken dat je noch koud noch heet bent; was je maar koud of heet! Zo dan, omdat je lauw bent en noch heet noch koud, ga ik je uit mijn mond spuwen.

Omdat je zegt "Ik ben rijk en ik heb me verrijkt en aan niets heb ik gebrek", terwijl het je ontgaat dat jij de ellendige en deerniswekkende en arme en blinde en naakte bent, raad ik je aan bij mij goud te kopen dat in vuur gelouterd is, opdat je rijk moogt worden; ook witte bovenklederen opdat je je moogt kleden en de schande van je naaktheid niet openbaar wordt, en oogzalf om je ogen te bestrijken opdat je moogt zien (Op 3:15-18).

 

Bij Amos is het pure huichelarij waardoor die ‘geldwolven’ worden gedreven. Ze houden zich zogenaamd aan de sabbat en de nieuwe maandagen, maar in werkelijkheid duren voor hen die ‘tijden’ veel te lang om hun gelddorst te kunnen lessen! Daarnaast vervalsen zij hun koopwaar; graanafval wordt met het goede graan vermengd, om ook daaruit zoveel mogelijk winst te behalen. Bovendien wordt in één adem met de verkoop van graanafval het ‘kopen’ van mensen vermeld; ook die zijn voor hen slechts handelsartikelen!

 

GW 10392 ≈≈

In zijn Tweede Brief aan de gemeente te Korinthe schreef de apostel Paulus >>

2Ko 12:6 >> Want wanneer ik zou willen roemen, zal ik niet dwaas zijn; ik zal immers waarheid spreken. Doch ik weerhoud mij ervan opdat niemand méér van mij denkt dan wat men van mij ziet of hoort.

 

Gl 4:25 >> De Hagar nu is een Sinaï berg in Arabië, maar beantwoordt aan het Jeruzalem [van] thans, want ze verkeert met haar kinderen in slavernij.

Een zeer krachtige, doch volkomen terechte bewering!

Voor de bewijsvoering zie >> De Allegorie.

 

Am 8:7

YHWH heeft gezworen met betrekking tot Jakobs ‘aanzienlijken’: Nooit zal ik al hun daden vergeten.

1755

Am 8:8

Zal het niet hierom zijn dat het land in beroering zal komen en elke bewoner erin rouw zal moeten bedrijven? En zou het niet in zijn geheel oprijzen net als de Nijl en neerzinken als de stroom van Egypte?

4293

 

GW 6048 ≈≈

Mt 18:11 >> Want de Mensenzoon is gekomen om te redden wat verloren was.

En Mr 6:13 >> En zij [Yeshua’s leerlingen] dreven vele demonen uit en zalfden vele zieken met olie en genazen hen. 

 

Am 8:7

YHWH heeft gezworen met betrekking tot Jakobs ‘aanzienlijken’: Nooit zal ik al hun daden vergeten.

1755

Am 8:8

Zal het niet hierom zijn dat het land in beroering zal komen en elke bewoner erin rouw zal moeten bedrijven? En zou het niet in zijn geheel oprijzen net als de Nijl en neerzinken als de stroom van Egypte?

4293

Am 8:9

En het moet op die dag geschieden, luidt het woord van de Heer YHWH, dat ik de zon doe ondergaan op de volle middag. En ik zal stellig overdag duisternis voor het land teweegbrengen.

3034

 

De frase op die dag karakteriseert vers 9 als eschatologisch en worden wij door de profeet overgebracht naar de Eindtijd voor Israël. Dat YHWH Elohim dan de zon zal doen ondergaan op de middag komen we ook elders bij de Profeten tegen. Zoals in Jesaja 13 >>

 

Zie! De dag van YHWH komt, wreed, zowel met verbolgenheid als met brandende toorn, om het land tot een voorwerp van ontzetting te maken, en om zondaars eruit te verdelgen. Want zelfs de sterren des hemels en zijn sterrenbeelden van Kesil zullen hun licht niet laten stralen; de zon zal werkelijk duister worden wanneer ze te voorschijn komt, en de maan zal haar licht niet laten schijnen. 

 

GW 9082 ≈≈

2Kr 6:38, waarin Salomo bij de inwijding van de Eerste tempel in gebed al zinspeelde op de latere diaspora voor zijn Volk en hun [eventueel] herstel >> en zij inderdaad met geheel hun hart en met geheel hun ziel tot u terugkeren in het land waar zij gevangenen zijn van hen die hen gevankelijk hebben weggevoerd, en zij inderdaad bidden in de richting van hun land dat gij aan hun voorvaders hebt gegeven en de stad die gij hebt uitgekozen en het Huis dat ik voor uw naam heb gebouwd  [in de grotere vervulling de Tempelstad Nieuw Jeruzalem van Op 21].

 

En Jk 1:18 >> Omdat hij het wilde heeft hij ons [Messiasbelijdende Joden] voortgebracht met een woord der waarheid, opdat wij een zekere eerstelingsgave van zijn schepselen zouden zijn.

(De Brief aan Jakobus).

 

Am 8:11

Zie! Er komen dagen, luidt het woord van de Heer YHWH, en ik zal een hongersnood in het land zenden, geen honger naar brood, geen dorst naar water, maar naar het horen van de woorden van YHWH.

3572

Am 8:12

En zij zullen stellig wankelen van zee tot zee, en van het noorden tot de opgang [der zon]. Zij zullen her- en derwaarts blijven gaan op zoek naar het woord van YHWH, maar zij zullen [het] niet vinden.

2542

 

Een ongekende honger naar geestelijk voedsel zal zich in de ‘laatste dagen’ voordoen. Blijkbaar zal er bij veel Joodse mensen een diep verlangen zijn om het ware woord van YHWH te horen. Onder het gewone volk zullen kennelijk velen genoeg hebben van het lege ritualisme binnen het Judaïsme.

Vergelijk Jesaja 65 >> Voor de halsstarrige Joden die dan, op de drempel van die nieuwe regeling, alsnog de demonische Antimashiach prefereren boven een Messias die hen werkelijk redden kan, heeft YHWH Elohim een onheilspellende mededeling:

Ik zal jullie voor het zwaard bestemmen. Jullie zullen allen moeten neerknielen ter slachting, omdat Ik geroepen heb, maar jullie niet antwoordden; ik sprak, maar jullie niet luisterden en deden wat kwaad is in mijn ogen en veeleer datgene verkozen wat mij niet behaagde.

Daarom, zo spreekt de Heer YHWH:

Ziet! Mijn knechten zullen eten, maar jullie zullen hongerlijden.

Ziet! Mijn knechten zullen drinken, maar jullie zullen dorst hebben.

Ziet! Mijn knechten zullen zich verheugen, maar jullie zullen beschaamd staan.

Ziet! Mijn knechten zullen juichen vanwege een hart vol vreugde, maar jullie zullen schreeuwen wegens hartenpijn en weeklagen vanwege een gebroken geest.

 

GW 6114 ≈≈ Hn 10:15 >> En de stem [sprak] wederom tot hem [Petrus], voor de tweede maal: De dingen die God heeft gereinigd, moogt gij niet langer verontreinigd noemen. 

 

Am 8:11

Zie! Er komen dagen, luidt het woord van de Heer YHWH, en ik zal een hongersnood in het land zenden, geen honger naar brood, geen dorst naar water, maar naar het horen van de woorden van YHWH.

3572

Am 8:12

En zij zullen stellig wankelen van zee tot zee, en van het noorden tot de opgang [der zon]. Zij zullen her- en derwaarts blijven gaan op zoek naar het woord van YHWH, maar zij zullen [het] niet vinden.

2542

Samengevoegd met de vv 13 en 14 >>

Am 8:13

Op die dag zullen de schone maagden, alsook de jonge mannen, bezwijmen vanwege de dorst.

2864

Am 8:14

Zij die zweren bij de schuld van Samaria, en die werkelijk zeggen: Zo waar uw god leeft, o Dan! En: Zo waar de weg van Berseba leeft! En zij zullen stellig vallen, en zij zullen niet meer opstaan.

3481

 

Hier wordt onthuld waaraan het ten diepste schort bij het merendeel der Joden van de Eindtijd. Onder de demonische invloed van hun Valse Mashiach zullen zij zich gedragen naar het patroon van hun verre, afgodische voorvaderen. Vergelijk 1Kn 12:25-30, waarin wordt verhaald hoe Jerobeam uit eigen belang een afschuwelijk zondige cultus invoerde.

 

Totaal GW 12459 ≈ Fp 2:2 >> Maakt dan mijn vreugde volledig dat jullie hetzelfde bedenken, dezelfde liefde hebbend, in ziel verenigd, het ene bedenkend.

 

Destijds schitterende raad voor Yeshua’s Gemeentelichaam, maar uiteraard ook in de Eindtijd voor de Gemeente van het Joodse Overblijfsel. Zoals zij ook in Hb 10:23-25 juist daartoe worden aangemoedigd >>

Laten wij de belijdenis van de hoop onwankelbaar vasthouden, want hij die beloofde is getrouw. En laten wij aandacht hebben voor elkaar tot aansporing van liefde en voortreffelijke werken; de eigen bijeenkomst niet nalatend, zoals voor sommigen gewoonte is, maar aanmoedigend zijn en dat des temeer naarmate jullie de dag naderbij zien komen.

  

Amos 9

 

Am 9:1

Ik zag YHWH boven het altaar staan, en hij zei vervolgens: Sla de kop van de zuil, zodat de drempels zullen schudden. En houw ze af aan het hoofd, allemaal. En het laatste deel van hen zal ik doden met het zwaard zelf. Niemand van hen die vlucht, zal slagen in zijn vlucht, en niemand van hen die ontkomt, zal erin slagen te ontkomen.

5730

 

Opnieuw verwijzend naar de afgodische cultus uit de dagen van Jerobeam, zien we nu hoe YHWH Elohim beveelt om niet alleen die cultus uit te roeien, maar ook allen die zich er aan overgeven.

 

GW 5730 ≈≈ Mt 25:5 >> Toen nu de bruidegom uitbleef, dommelden zij allen in en vielen in slaap.

De huidige Joodse situatie, die vooral in de 70ste Jaarweek zeer actueel zal worden; vooral in verband met datgene wat in de parabel verder gebeurt:

Maar midden in de nacht weerklonk een roep: Daar is de bruidegom! Gaat uit hem tegemoet. Toen stonden al die maagden op en maakten hun lampen in orde. De dwaze zeiden tot de beleidvolle: Geeft ons wat van jullie olie, want onze lampen doven. De beleidvolle antwoordden en zeiden: Misschien is er net niet genoeg voor ons en jullie. Gaat in plaats daarvan naar hen die ze verkopen en koopt voor jezelf. Terwijl zij nu heengingen om te kopen, kwam de bruidegom, en de maagden die gereed waren, gingen met hem naar binnen naar het bruiloftsfeest; en de deur werd gesloten. Later kwamen ook de overige maagden en zeiden: Heer, heer, doe ons open! Hij gaf ten antwoord: Voorwaar, ik zeg jullie: Ik ken jullie niet.

 

In Ezechiël 33 liet YHWH Elohim zijn profeet weten hoe er in de Eindtijd door het volk Israël in het algemeen gereageerd zou worden op de prediking van het dan functionerende [Ezechiël]overblijfsel >>

 

Ez 33:31

En zij zullen bij jou binnenkomen, zoals mensen binnenkomen, en voor je gaan zitten als mijn volk; en zij zullen stellig jouw woorden horen, maar die zullen zij niet doen, want met hun mond uiten zij wellustige begeerten; naar hun onrechtvaardige winst gaat hun hart uit. 

4144

Ez 33:32

En zie! Jij bent voor hen als een lied van zinnelijke liefdesbetuigingen, als iemand met een mooie stem en die een snaarinstrument goed bespeelt. En zij zullen stellig jouw woorden horen, maar er zijn er geen die ze doen. 

3235

Ez 33:33

En wanneer het uitkomt — zie! het moet uitkomen — zullen zij ook moeten weten dat een profeet zich in hun midden heeft bevonden.

761

 

GW 8140 ≈≈ Mt 25:6 >> Maar midden in de nacht weerklonk een roep: Daar is de bruidegom! Gaat uit hem tegemoet.

Kennelijk vullen Amos en Ezechiël elkaar profetisch aan in de beschrijving van de algemene Joodse Eindtijdomstandigheden.

 

 

Am 9:2

Indien zij graven tot in Sjeool, vandaar zal mijn eigen hand hen weghalen. En indien zij opstijgen naar de hemel, vandaar zal ik hen neerhalen.

3155

Am 9:3

En indien zij zich verschuilen op de top van de Karmel, vandaar zal ik [hen] zorgvuldig zoeken en hen wis en zeker weghalen. En indien zij zich van voor mijn ogen verbergen op de bodem van de zee, daar beneden zal ik de slang gebieden en die moet hen bijten.

5384

 

GW 8539 ≈≈ Rm 11:18 >> Verhovaardig je dan niet boven de takken. Maar indien je je [toch] boven [ze] verhovaardigt: Niet jij draagt de wortel, maar de wortel jou.

De vermaning geldt christenen die vanuit de Wilde Olijf geënt zijn op de gekweekte Olijfboom die aanvankelijk slechts Joodse takken droeg, en geworteld was (is) in de Abrahamitische belofte: Als zijn ‘zaad’ tot zegen worden voor de Heidenvolken (Gojim). Zie >> Romeinen 11.

In de Eindtijd zullen beslist ‘gelovige’ Joodse takken teruggeënt worden op hun ‘eigen’ Olijfboom, maar dat zal zeker niet het geval zijn met de door Amos vermelde onverbeterlijke Joodse ‘takken’.

 

2Ko 8:8 >> Niet als bevel zeg ik [dit], maar wegens de ernstige toewijding van anderen en om de echtheid van jullie liefde te beproeven.   

Zie >> Twee Korinthe 8.

 

1Tm 1:5 >> Het doel nu van de oproep is liefde uit een rein hart, een goed geweten en een ongeveinsd geloof. 

Voor de beide gemeenten van het ware Israël Gods uitstekende vermaning!

Zie >> Eén Timotheüs 1:5.

 

Am 9:2

Indien zij graven tot in Sjeool, vandaar zal mijn eigen hand hen weghalen. En indien zij opstijgen naar de hemel, vandaar zal ik hen neerhalen.

3155

Am 9:3

En indien zij zich verschuilen op de top van de Karmel, vandaar zal ik [hen] zorgvuldig zoeken en hen wis en zeker weghalen. En indien zij zich van voor mijn ogen verbergen op de bodem van de zee, daar beneden zal ik de slang gebieden en die moet hen bijten.

5384

Am 9:4

En indien zij voor hun vijanden uit in gevangenschap gaan, vandaar zal ik het zwaard gebieden en het moet hen doden. Ek wil mijn ogen op hen richten ten kwade en niet ten goede.

3862

 

GW 12401 ≈≈ Jd 1:25 >> Aan de enige God onze Redder, door Jezus Messias onze Heer, zij heerlijkheid, majesteit, kracht en macht, vóór alle eeuw, en nu, en tot in alle eeuwen! Amen.

Zie >> de Brief van Judas, gericht tot Joods-christelijke Gemeenschap.

 

Am 9:5

En de Heer, YHWH der legerscharen, is het die het land aanraakt zodat het smelt; en alle bewoners daarin zullen rouw moeten bedrijven; en het zal stellig oprijzen als de Nijl, in zijn geheel, en neerzinken als de Nijl van Egypte.                        

3802

Am 9:6

Hij die in de hemel zijn trap bouwt en zijn bouwsel boven de aarde, die hij grondvestte; hij die de wateren der zee roept, opdat hij ze kan uitstorten op de oppervlakte der aarde — YHWH is zijn naam.

3707

 

GW 7509 ≈≈ Rm 15:21, een helder signaal naar de Eindtijd, met name de Joodse Gemeenschap >> Maar zoals geschreven staat: Zij aan wie niet verkondigd werd omtrent hem, zullen zien, en zij die niet hebben gehoord, zullen het verstaan. 

 

Am 9:7

Zijn jullie mij niet als de zonen der Kuschieten, zonen van Israël? Luidt het woord van YHWH. Heb ik niet Israël zelf opgevoerd uit het land Egypte, en de Filistijnen uit Kreta, en Syrië uit Kir?  

6144

 

GW 6144 ≈≈ 1Pt 2:17 >> Eert allen, hebt de broederschap lief, vreest God, eert de koning.

Voor commentaar, zie Eén Petrus 2.  

 

Am 9:8

Ziet! De ogen van de Heer YHWH zijn op het zondige koninkrijk, en hij zal het stellig van de oppervlakte der aarde verdelgen. Niettemin zal ik het Huis van Jakob niet geheel en al verdelgen, luidt het woord van YHWH.                                      

3990

Am 9:9

Want ziet! ik geef bevel, en ik wil het huis van Israël onder alle natiën schudden, net zoals men de zeef schudt, zodat er geen steentje ter aarde valt.

4165

 

Israël zal in de Eindtijd als natie wel stevig ‘geschud’ worden, maar niet tot een einde komen.

Integendeel!

Met een getrouw en beproefd Overblijfsel zal YHWH Elohim een nieuw begin maken. In die mate dat die

‘heiligen’ het Millenniumkoninkrijk binnengeleid zullen worden om aldaar voor 1000 jaar als koningen-priesters te functioneren. Waarom? Om de belofte tot zegening van de Gojim – ooit het eerst aan de aarstvaders gegeven – te verwezenlijken.

Zie >> Openbaring 20:4-6.

 

GW 8155 ≈≈ Hn 6:8 >> Stefanus nu, vol van gunst en kracht, verrichtte grote wonderen en tekenen onder het volk.

En Rm 16:10 >> Groet Apellès, de beproefde in [de] Messias. Groet hen uit het huis van Aristoboulos.

 

Am 9:10

Door het zwaard zullen zij sterven — alle zondaars van mijn volk. Zij die zeggen: De rampspoed zal niet naderbij komen noch tot aan ons reiken.

2894

Am 9:11

Op die dag zal ik de hut van David, die vervallen is, oprichten, en ik zal stellig hun bressen herstellen. En haar puinhopen zal ik oprichten, en ik zal haar stellig opbouwen als in de dagen van weleer,

4702

Am 9:12

opdat zij in bezit mogen nemen wat er van Edom overgebleven is, en alle Heidenvolken waarover mijn naam is uitgeroepen, zegt YHWH die dit doet.

4456

 

GW 12052 ≈≈ Lk 18:8 >> Ik zeg jullie, dat hij de vergelding van hen snel zal verschaffen. Doch wanneer de Mensenzoon gekomen is, zal hij [dan] werkelijk het geloof vinden op de aarde? 

De Hut van David de סכה die – volgens vers 11 – weer opgericht zal worden betekent uiteraard het herstel van het Davidische Rijk. Strongs nr 5521 geeft סכה o.a. weer met a fallen dynasty. Zie ook Ez 21:27.

Zoals ook werd aangegeven in de profetie van Jesaja >>

 

Want een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; en de vorstelijke heerschappij zal op zijn schouder komen. En zijn naam zal worden genoemd: Wonderbaar raadgever; sterke god; eeuwige vader; vredevorst. Aan de overvloed van de vorstelijke heerschappij en aan vrede zal geen einde zijn, op de troon van David en over zijn koninkrijk, om het stevig te bevestigen en om het te schragen door middel van gerechtigheid en door middel van rechtvaardigheid, van nu aan en tot onbepaalde tijd. Ja, de ijver van YHWH der legerscharen zal dit doen.

 

Volgens Hn 15:16 zei Petrus tijdens het apostelconvent >> ’Na deze dingen zal ik terugkeren en de hut van David, die vervallen is, herbouwen, en ik zal haar puinhopen herbouwen en haar weer oprichten,  opdat zij die overblijven van de mensen [het Joodse overblijfsel in zijn dagen, maar ook het Overblijfsel van de Eindtijd], de Heer [YHWH] ernstig mogen zoeken, tezamen met mensen uit alle Heidenvolken, mensen die naar mijn naam zijn genoemd, zegt de Heer [YHWH] die deze dingen doet, die vanouds bekend zijn.

 

 

Am 9:14

En ik wil de gevangenen van mijn volk Israël doen terugkeren, en zij zullen werkelijk  woest gelegde steden bouwen en bewonen, en wijngaarden planten en de wijn ervan drinken, en tuinen aanleggen en de vrucht ervan eten.

7306

Am 9:15

En ik zal hen stellig planten op hun grond, en zij zullen niet meer uitgerukt worden uit hun grond die ik hun heb gegeven, zegt YHWH uw God.

4447

 

GW 11753 ≈≈ Hb 13:20 >> Moge nu de God van de vrede, die de Grote Herder van de schapen uit doden opvoerde, in bloed van een eeuwig verbond, onze Heer Yeshua.

 

Am 9:13

Ziet! Er komen dagen, zegt YHWH, en de ploeger zal werkelijk de oogster inhalen, en de druiventreder de drager van het zaad. En de bergen moeten druipen van zoete wijn, en zelfs de heuvels zullen alle versmelten.

4666

Am 9:14

En ik wil de gevangenen van mijn volk Israël doen terugkeren, en zij zullen werkelijk  woest gelegde steden bouwen en bewonen, en wijngaarden planten en de wijn ervan drinken, en tuinen aanleggen en de vrucht ervan eten.

7306

Am 9:15

En ik zal hen stellig planten op hun grond, en zij zullen niet meer uitgerukt worden uit hun grond die ik hun heb gegeven, zegt YHWH uw God.

4447

 

GW 16419 ≈≈ Mt 21:42 >> Yeshua zei tot hen: Hebben jullie nooit in de Schriften gelezen: De Steen die de bouwlieden hebben verworpen, is juist de hoofdhoeksteen geworden. Vanwege de Heer is dit geschied, en het is wonderbaarlijk in onze ogen?